NÉERLANDAIS
PRÉTÉRIT IRRÉGULIER

Entre ta réponse, puis clique sur ENTER ou équivalent!
Complète par le prétérit des verbes entre parenthèses!
  1. Ik (bezoeken)
    i gisteren de oude kathedraal.
  2. Het (bestaan)
    i al veel langer.
  3. Wij (kiezen)
    i toen de verkeerde weg.
  4. Toen (winnen)
    i we de wedstrijd.
  5. Waarom (lezen)
    i je de krant niet?
  6. De man (geven)
    i de oude dame een pakje.
  7. Hij (verliezen)
    i al zijn geld.
  8. Meneer Boormans (verzenden)
    i ons ook een boodschap.
  9. Marlinde (vallen)
    i met haar fiets.
  10. Het (vriezen)
    i eergisteren nog harder.
  11. (zwijgen)
    i Sonia maar eens een les?
  12. Dat antwoord (weten)
    i David ook al.
  13. Hij (krijgen)
    i geen enkel antwoord op zijn laatste brief.
  14. (zijn)
    i die jongens dan allemaal zo sportief?
  15. Liesbeth (doen)
    i haar best, natuurlijk!

©. ~ LDD-Soft.be